Secretariaat - Talen
Deze studierichting bevat 2 componenten: moderne talen en secretariaatswerk. Daarnaast gaat in deze studierichting heel wat aandacht naar de algemene vorming in functie van de persoonlijke ontplooiing én van verdere studiemogelijkheden in het hoger onderwijs.
De opleiding in de vier talen vertrekt van een stevige basis in de tweede graad en concentreert zich op praktische taalkennis: hoe druk ik mij zo vlot en correct mogelijk uit in mijn eigen taal en in vreemde talen. Leerlingen leren hun mondeling en praktisch taalgebruik verfijnen, zowel in gewone conversaties als in een bedrijfsgerichte context. Nederlandse, Engelse en Franse taalbeheersing worden aangevuld met een specifieke vorming in zakelijke communicatie.
In het vak secretariaat verwerft men praktisch inzicht in de organisatie van secretariaatswerk en de taken van een ‘office assistant’: er wordt aandacht besteed aan tekstverwerking, efficiënt gebruik van professionele informaticapakketten, gebruik van kantoorapparatuur en allerlei nieuwe technologieën. Tijdens het vak toegepaste economie leren leerlingen allerlei juridische, economische en boekhoudkundige basisbegrippen kennen.
‘Secretariaat-Talen’ kan voor jou een geschikte studierichting zijn
Als je duidelijk aanleg en interesse hebt voor talen. Je hebt ook zin voor orde, nauwkeurigheid en stiptheid en je voelt je verantwoordelijk voor je werk. Je legt gemakkelijk contact met andere mensen en je verricht graag administratief werk.
Zowel de talen als de praktijkgerichte vakken (tekstverwerking, informatica, secretariaat) vragen een actieve en persoonlijke inzet, eerst en vooral in de klas, maar ook daarbuiten (buitenlandse radio- en T.V.-programma’s volgen, reizen, contacten met anderstaligen).
Als je voor deze studierichting kiest, heb je in de tweede graad een studierichting gevolgd waarin de vier talen ruim aan bod kwamen. Heb je echter nog geen voorkennis van Duits, dan zal je doorheen het hele jaar een volgehouden extra inspanning voor dit vak moeten opbrengen. Ook voor tekstverwerking wordt voorkennis gevraagd.
In het kader van het vakoverschrijdende project bedrijfsstudie zetten de leerlingen van 6 Secretariaat-Talen hun eerste stappen op de werkvloer als management assistant tijdens een twee weken durende bedrijfsstage. De verworven kennis wordt op die manier meteen in de praktijk gebracht. Het geheel van hun ervaringen tekenen zij op in een eindwerk.
Naast een grondige en vergelijkende bedrijfsstudie komen ook juridische aspecten in het project aan bod. De leerlingen zullen zich ook hun talenkennis verder verdiepen in verschillende aspecten van schriftelijke en mondelinge bedrijfscommunicatie zoals zakelijke brieven en telefoongesprekken. Doorheen het schooljaar doorlopen zij tevens een sollicitatieprocedure in vier talen. Ten slotte leren de leerlingen hoe ze een eindwerk op een professionele manier kunnen vormgeven en mondeling presenteren.
Al deze opdrachten worden begeleid door de leerkrachten tijdens de lessen secretariaat, Duits, Engels, Frans, Nederlands en Nederlandse correspondentie. Zo is het project bedrijfsstudie de ideale voorbereiding op verdere studies of een eerste werkervaring.
UITWEGEN NA HET TECHNISCH SECUNDAIR ONDERWIJS
De leerlingen die uit de studierichtingen Handel en Secretariaat-Talen komen, kunnen kiezen voor het beroepsleven of verder studeren.
In het beroepsleven:
- komen ze in aanmerking voor betrekkingen en ambten van niveau drie (afdelingssecretaris of – secretaresse);
- kunnen ze tewerkgesteld worden als bediende in openbare en privé-instellingen, provinciale en gemeentelijke diensten, parastatale instellingen, handels- en industriële ondernemingen;
- kunnen ze zich vestigen als zelfstandige.
Bij verdere studies:
- kunnen ze een 7de specialisatiejaar (b.v. kantooradministratie en gegevensbeheer) volgen;
- kunnen ze een bijkomende kwalificatie van een andere studierichting van het secundair onderwijs behalen;
- kunnen ze in het hoger onderwijs een professionele bachelor behalen.
VAK | 5de jaar | 6de jaar |
---|---|---|
Aardrijkskunde | 1 | 1 |
Duits | 3 | 4 |
Engels | 4 | 4 |
Frans | 5 | 5 |
Geschiedenis | 1 | 1 |
Godsdienst | 2 | 2 |
Lichamelijke opvoeding | 2 | 2 |
Natuurwetenschappen | 1 | 1 |
Nederlands | 4 | 4 |
Nederlandse correspondentie | 2 | 1 |
Secretariaat | 5 | 5 |
Toegepaste economie | 2 | 2 |
Wiskunde | 2 | 2 |
34 | 34 |